Advisering kunst met een conceptueel karakter

Wat is kunst met een conceptueel karakter?

Conceptuele kunst slaat terug op een kunststroming die tot stand kwam in de jaren ’60. Sol LeWitt (1928-2007) kwam met een afgelijnde definitie die hij 1967 publiceerde:


“In Conceptual Art the idea or concept is the most important aspect of the work. When an artist uses a conceptual form of art, it means that all of the planning and decisions are made beforehand and the execution is a perfunctory affair.”
– 
LeWitt, ‘Paragraphs on Conceptual Art’


Conceptuele kunst als stroming reikte van de jaren ’60 tot de jaren ’70. Deze tijdperiode staat echter ter discussie, omdat al veel eerder de eerste voorbeelden van conceptuele kunst verschenen. Zo was Marcel Duchamp (1887-1968) met zijn ready-mades één van de eerste conceptuele kunstenaars.

Om een duidelijk onderscheid te maken tussen kunstwerken die onder de kunststroming Conceptuele kunst vallen en kunstwerken die later vervaardigd zijn met dezelfde werkwijze, geven we de voorkeur aan de term “kunst met conceptueel karakter” dat zowel slaat op Conceptuele kunst als op gelijkaardige werken buiten deze tijdsperiode. Het omvat dezelfde definitie zonder beperkend tijdskader en bovendien kan het breder geïnterpreteerd worden: ook kunstwerken die slechts gedeeltelijk een concept bevatten, zogenaamde hybride kunstwerken, vallen onder deze term. Ook kunstwerken van levende materialen, zoals plantaardige materialen of voedsel vallen onder deze term. Deze kunstwerken bevatten elementen die kunnen verdorren, rotten of bederven.

Wat doe je bijvoorbeeld wanneer degradatie van voedsel deel uitmaakt van het concept van het kunstwerk? Er zijn kunstenaars die werken met materialen die bewust werden gekozen vanwege hun bederfelijkheid, zoals chocolade of brood.

Tom Claassen, Zakkendrager, 2003, jute, zand, polystyreen-balletjes

Ethische uitdagingen

Conservering en restauratie houdt gewoonlijk in dat een object teruggebracht wordt naar zijn originele, of eerdere staat. Hierbij dient er volgens E.C.C.O. rekening te worden gehouden met de ‘fysieke integriteit’ van het object en hoort de restaurator respect te hebben voor het originele materiaal. Zonder goede verantwoording is het onethisch om origineel materiaal van een object weg te halen of te vervangen. Duidelijk is dat in onze Westerse 21e-eeuwse visie op erfgoed voornamelijk het materiaal zelf zeer hoog gewaardeerd wordt. Maar deze denkwijze blijkt vandaag de dag te beperkend te zijn voor erfgoed. Een filosofische casus die hier goed bij aansluit is “het Schip van Theseus”. Dit is een gedachte-experiment die gaat als volgt: Theseus heeft een schip. Dit schip is onderhevig aan slijtage en de onderdelen worden stuk voor stuk vervangen. Honderd jaar later wordt het laatste originele onderdeel vervangen, en is dus het materiaal aan het schip niet meer origineel. Is het nog wel het ‘originele’ schip? Is het materiaal of het concept van het schip belangrijker? Kunst met conceptueel karakter speelt met dit idee. Het is een kunstvorm waarbij het idee, oftewel het concept, belangrijker is dan de esthetische of materiaal-technische afwegingen.  

Voor kunst met een conceptueel karakter speelt authenticiteit een grote rol. Het gaat niet altijd om materiele authenticiteit, maar om conceptuele authenticiteit, wat te maken heeft met de intentie van de kunstenaar. 

Uitdagingen omtrent conservatie en restauratie

Kunst met een conceptueel karakter brengt op het gebied van conservering en restauratie veel uitdagingen, vragen, praktijken en dilemma’s met zich mee. De Pindakaasvloer van Wim T. Schippers uit 1969 is een kunstwerk waarbij pindakaas wordt aangebracht in een vlak op de grond. Ook hier gaat het om het idee, en niet om de pindakaas zelf; iedere keer dat het kunstwerk wordt tentoongesteld, gaat het om andere pindakaas. In 2011 verwierf Boijmans van Beuningen in Rotterdam dit kunstwerk. Telkens werd hiervoor Calvé pindakaas gebruikt. Maar wat gebeurt er als Calvé er mee stopt om pindakaas te fabriceren? 

Op het gebied van restauratie daagt kunst met een conceptueel karakter de traditionele ideeën van conservatie en restauratie uit. Hoe behoud je een concept als je materiaal van een kunstwerk hebt om mee te werken?  Hoe behoud je een kunstwerk waarbij degradatie deel uitmaakt van het concept van het kunstwerk? Vragen rond conservatie, presentatie en restauratie van dit type kunst zijn lastig te beantwoorden. De problematieken zijn internationaal bekend in ons vakgebied en komen ook naar voren op verschillende symposia, zoals Living Matter/ La Materia Viva in 2019 in Mexico City met focus op biologische materialen in kunst. De materialen zijn vatbaar voor snel verval en kunnen verrottingsprocessen ondergaan die tot volledige verdwijning kunnen leiden. Dit vormt zeer specifieke en vaak extreme conserveringsproblemen. Oplossingen voor deze conserverings- en restauratie problematieken kunnen verschillend van aard zijn. In sommige gevallen is het de intentie van een kunstenaar dat een werk verdwijnt, dus het behoud zelfs gaat in tegen de beoogde aard van het werk. Het is niet uitzonderlijk bij deze kunstvorm dat de intentie van de maker en de vergankelijkheid lijnrecht tegenover het behoud van het kunstwerk staan. Een andere uitdaging in ons vakgebied is het tentoonstellen of bewaren van deze werken in een museale omgeving, dat conserveringsrisico’s kan vormen voor andere kunstwerken in dezelfde ruimte. ​

Met welke aspecten moeten we rekening houden bij de conservatie en restauratie van kunst met een conceptueel karakter? De complexe relatie tussen concept en materiaal kan lastige vraagstukken naar voren brengen, wanneer er wordt gediscussieerd over de esthetische verschijning van een kunstwerk. Dit legt sleutelprincipes uit de moderne conservering en restauratietheorie bloot, zoals intentie van de kunstenaar, minimale interventie en authenticiteit. De intentie van de kunstenaar is daarbij een belangrijke eerste stap. Als de kunstenaar nog leeft kan een kunstenaarsinterview veel nieuwe inzichten geven over de intentie, mening over verouderingsprocessen en gebuikte materialen/technieken. In de praktijk is elk kunstwerk met een conceptueel karakter uniek en vraagt om een andere complexe aanpak, waarbij dezelfde ethische principes centraal staan. 

Juridische uitdagingen

Vanuit juridisch oogpunt zijn er complexe situaties voor kunstwerken met een conceptueel karakter. Soms is niet duidelijk aangegeven wat er moet gebeuren met de materialen die bederven/verdorren. Wie beslist wat er met deze materialen moet gebeuren? Moet materiaal van een kunstwerk bewaard worden als enkel het concept van belang is? Contractueel gezien zijn er namelijk vaak onduidelijkheden tussen kunstenaar en galerij/museum om te kunnen bepalen tot waar het beslissingsrecht van elke stakeholder reikt. Daarbij is het ook van belang te bepalen wie de stakeholders zijn voor elke specifieke casestudy. Het voorkomen dat er een mondelingen overeenkomst is, maar er niks schriftelijk is vastgelegd. Documentatie is daarbij van essentieel belang. Wat gebeurt er als een kunstenaar niet blij is met de keuze voor specifieke behandeling en dit ingaat tegen de intentie van het kunstwerk? Of als een kunstenaar zijn mening in loop van de tijd veranderd? Een voorbeeld hiervoor is Zoe Leornard’s Strange Fruit. Als de kunstenaar nog leeft zijn kunstenaars interviews essentieel onderdeel voorafgaande aan conservering en restauratie behandelingen. Daarnaast rijst de vraag, dat wanneer de kunstenaar overlijdt, wie de bevoegdheid heeft om nog keuzes betreffende het behoud van het kunstwerk te maken.  Hoe zit het op gebied van beslissingen die gemaakt worden voor restauratie behandelingen als er een Foundation is voor een kunstenaar. Dit is eveneens afhankelijk van het juridische kader en wat contractueel is vastgelegd. 

De rol van Art Conservation

Art Conservation functioneert als adviesbureau voor kunst met een conceptueel karakter en assisteert in hoe een “idee” te  bewaard kan worden. Ethische principes zoals intentie van de kunstenaar, minimale interventie en authenticiteit spelen hierbij een sleutelrol. Er wordt teruggegrepen op kennis van theorie op het gebied van restauratie voor Moderne en Hedendaagse kunst, zoals het Decision-Making Model for Contemporary Art Conservation and Preservation dat recentelijk is vernieuwd.

Art Conservation wil disciplinair en samenwerkend te werk gaan met andere vakgebieden, dat essentieel is bij de complexiteit van kunst met een conceptueel karakter. Het gaat hier niet alleen om behouds-ethiek en respect voor zowel het materiaal als voor het idee van de kunstenaar, maar hier komen ook juridische aspecten bij kijken. Het is niet ondenkbaar dat er contracten zijn gesloten tussen kunstenaars of de familie, en culturele instellingen. Het zou hierbij aankomen op kennis inwinnen over wat juridisch en wettelijk gezien mogelijk is, en het bewaren van een kunststroming voor de toekomst. Art Conservation maakt gebruikt van nauwkeurige visuele observaties, documentatie, literatuur- en archiefonderzoek en gedetailleerde analyses van de kunstwerken zelf.

We gaan als bedrijf op de volgende niveaus te werk:

  • Proactief: het voorkomen van de problemen door proactief met de kunstenaar en kunstinstellingen bepaalde afspraken te maken of duidelijk af te bakenen wat het concept inhoudt en welke materialen en opstelling daarbij hoort. Daarbij komen ook risico’s die op langere termijn restauratieproblematieken kunnen veroorzaken. Essentieel daarbij is onze expertise op het gebied van kunstenaars interviews. 
  • Reactief: het contact met de kunstenaar, kunstinstellingen en eventueel juridische instanties, restauratie
  • Remediërend: na conservatie/restauratie kunnen we advies geven op vlak van toekomstige bewaring van het kunstwerk zelf, risico’s voor andere kunstwerken te verminderen en hoe om te gaan met het concept achter het kunstwerk. Documentatie speelt daarbij een essentiële sleutelrol.